Het fabrieksterrein in Hengelo waarop vroeger Stork Chemie stond, is vrijwel zeker de bron van de HCH-verontreiniging in het Twentekanaal. Dat blijkt uit onderzoek van Rijkswaterstaat. Sinds begin augustus wordt het kanaal ‘doorgespoeld’ om de verontreiniging te verdunnen.
Op 14 augustus maakte de gemeente Hengelo de uitkomst van het onderzoek naar de bron van de HCH-verontreiniging bekend. Van 1948 tot 1952 produceerde Stork Chemie in Hengelo het pesticide Lindaan. Daarbij kwam het giftige Hexachloorcyclohexaan (HCH) vrij, dat niet alleen op het terrein zelf terechtkwam, maar ook in de omgeving werd gedumpt. Op de voormalige productielocatie zit nu Container Terminal Twente.
Verhoogde concentraties
Tussen sluis Delden en sluis Hengelo werden eerder dit jaar verhoogde concentraties HCH gemeten. Deze gifstof komt in lagere concentraties al langer voor in het Twentekanaal, vanwege bekende bodemverontreinigingen. Maar dit jaar was er opeens sprake van een verhoogde concentratie. De verontreinigingen bereiken het Twentekanaal via het grondwater. Rijkswaterstaat adviseerde daarom geen vis uit het Twentekanaal meer te eten, vanwege veel te hoge concentraties HCH. En waterschap Vechtstromen sloot beken die met water uit het kanaal worden gevoed af, om verspreiding landinwaarts te voorkomen. Om dit groeiseizoen zoveel mogelijk aan de watervraag te kunnen voldoen, hebben Rijkswaterstaat en de betrokken instanties besloten om het Twentekanaal eenmalig door te spoelen met water uit de IJssel.
Voorspoedig
Rijkswaterstaat, de gemeente Hengelo, de waterschappen Vechtstromen, Rijn en IJssel, Drents Overijsselse Delta, drinkwaterbedrijf Vitens en de provincie Overijssel werken daarbij samen. Het met HCH vervuilde water in het Twentekanaal wordt maximaal verdund met IJsselwater en via Kanaal Almelo-De Haandrik en de Vecht naar het IJsselmeer afgevoerd. Op 14 augustus meldde waterschap Vechtstromen dat deze operatie voorspoedig verloopt: “Metingen laten zien dat de concentraties HCH op de meetpunten ruim onder de norm liggen wanneer het verdunde water de Vecht bereikt. We blijven de situatie nauwgezet monitoren”, aldus het waterschap.
Watervraag en doorstroming
De inlaten langs Kanaal Almelo-De Haandrik kunnen volgens Vechtstromen weer open. Maar bij de inlaten vanuit het Twentekanaal heeft het waterschap sinds de start van de verdunnings- en afvoermaatregel nog geen twee metingen achtereenvolgens onder de norm ontvangen. Daarom blijven hier de inlaten nog dicht. “We openen enkel de inlaten waarbij daadwerkelijk een watervraag is”, stelt Vechtstromen. “Dit doen we om de doorstroming in het watersysteem vanuit het Twentekanaal richting het IJsselmeer zo goed mogelijk op gang te houden.”
Eén inlaat blijft dicht
Het water in het deel van het Twentekanaal tussen de sluis in Delden en de sluis in Hengelo, wordt niet verdund en afgevoerd. Het waterschap haalt hier op één locatie water uit het kanaal via een inlaat tussen Delden en de A35. Deze voorziet een deel van het landelijk gebied tussen Almelo, Delden en Hengelo van water. De inlaat blijft dicht zolang de concentratie HCH in dit deel van het kanaal te hoog is.
Doorspoelen maakt veel duidelijk
Volgens de gemeente Hengelo heeft het doorspoelen veel informatie gegeven over de mogelijke bron van de verhoogde concentraties HCH. “Onze onderzoeken bestaan uit wekelijkse monitoring van het oppervlaktewater in het kanaal en de regionale beken en het opnieuw uitvoeren van grondwatermetingen nabij de voormalige productielocatie van Stork Chemie”, stelt de gemeente. “Wat de specifieke oorzaak van die HCH-piek is geweest, dat weten we nog niet. Daarvoor was eerst nodig om te weten waar de bron ligt. Nu het kanaal is doorgespoeld komt duidelijker naar voren waar de bron zit. Toen de verhogingen gemeten werden, waren er namelijk op meerdere meetpunten verhogingen te zien. Daardoor was het lastiger om één punt aan te kunnen wijzen als bron. Op basis van de metingen is het zeer aannemelijk dat de verhoogde concentraties HCH van de voormalige Stork Chemie-locatie komen. We kunnen nu samen met Rijkswaterstaat focussen op de bronaanpak en op zoek gaan naar de oorzaak van de verhoogde waardes.”
Oppompen en zuiveren werkt niet
Vanaf 2002 heeft de gemeente Hengelo samen met Rijkswaterstaat en een gespecialiseerd ingenieursbureau onderzoek gedaan naar de HCH-verontreiniging op het voormalige Stork Chemieterrein en een bijpassende saneringsmethode op deze locatie. Eerst is geprobeerd door middel van het oppompen en zuiveren van het grondwater te voorkomen dat verontreinigd grondwater het Twentekanaal instroomt. Dat werkte niet goed genoeg.
Natuurlijke afbraak door bacteriën
Vervolgens is onderzoek gedaan naar een andere methode. Tijdens dit onderzoek kwam naar voren dat HCH op natuurlijke wijze afneemt door bacteriën in de sliblaag in het Twentekanaal. Op die manier zijn de waarden aan HCH die in het Twentekanaal terechtkomen, volgens de gemeente laag genoeg om geen gevaar te vormen. Deze waarden worden daarnaast ook lager door verdunning in het Twentekanaal naarmate het water verder stroomt. Deze manier van natuurlijke lozing via de waterbodem (nawabo) is vervolgens afgesproken tussen de gemeente Hengelo, Rijkswaterstaat en de eigenaar van het terrein. De eigenaar van het terrein is namelijk verantwoordelijk voor de verontreiniging in de bodem, de gemeente Hengelo is hier de toezichthouder op.
Niet voor het eerst
Het doorspoelen van het Twentekanaal om verontreiniging met giftige stoffen te verdunnen, lijkt een beetje routine te worden voor Rijkswaterstaat en de betrokken waterschappen. Vorig jaar moest het kanaal ook al worden doorgespoeld, nadat het voor de tweede keer in korte tijd vervuild was geraakt met de kankerverwekkende stof dioxaan, afkomstig van chemiebedrijf KLK Kolb in Delden. De dioxaan kwam in het Twentekanaal terecht door twee incidenten bij het bedrijf, waardoor er buiten het reguliere zuiveringsproces water met een verhoogde concentratie in de zuivering terechtkwam.