Waterschap Vallei en Veluwe realiseerde samen met de ontwikkelaar van serious games Salsaparilla een educatief spel. Medewerkers van waterschappen leren op een speelse en creatieve manier hoe ze hun nieuwe rol onder de Omgevingswet kunnen invullen. Op het Springtij Forum 2024 spelen deelnemers 26 september op Terschelling de serious game.
Medewerkers van waterschappen hebben onder de Omgevingswet een nieuwe rol in de ruimtelijke besluitvorming. Een grote verandering is dat de Omgevingswet voor omgevingsvergunningenvergunningen overstapt van het beginsel ‘nee, tenzij’, naar ‘ja, mits’. Voor de Omgevingswet die op 1 januari 2024 van kracht werd, was een activiteit verboden als niet aan een aantal regels of normen werd voldaan.
Beginsel omgedraaid
De Omgevingswet draait het beginsel om en stelt dat een activiteit is toegestaan tenzij er regels zijn die er beperkingen aan stellen of het expliciet verbieden. Voor een groot aantal standaard activiteiten geldt nu een meldingsplicht, waar voorheen nog een vergunningsplicht gold.
Een andere wezenlijke verandering is dat gemeenten en provincies omgevingsvisies en omgevingsprogramma’s moeten maken en dat complexe ruimtelijke initiatieven via een omgevingstafel worden behandeld, zegt Paul van Eijk, Opgavemanager Ruimtelijke Transformatie – Gebouwde Omgeving bij waterschap Vallei en Veluwe en lector bij hogeschool Van Hall Larenstein. Hij nam samen met zijn collega Marije de Jong, het initiatief voor de ontwikkeling van het spel.
Waterschappen doen mee
Waterschappen moeten meedoen aan het ontwikkelen van deze omgevingsvisies en ruimtelijke initiatieven. Aan de omgevingstafels presenteren verschillende spelers die ruimtelijke initiatieven willen ontwikkelen, zoals projectontwikkelaars, hun ideeën.
Dat is een nieuwe rol voor waterschappers, benadrukt Van Eijk. Of zoals Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen, eind augustus in een artikel in Binnenlands Bestuur formuleerde: “Wij gaan ons bemoeien met andermans zaken”.
Deskundigheidsbevordering
De nieuwe rol van waterschappers vraagt ook om andere competenties en disciplines bij waterschappen. Vallei en Veluwe heeft daarom al een GebiedsAtelier. Ook staan meerdere vacatures open, bijvoorbeeld voor een stedenbouwer, landschapsarchitect, planeconoom en planjurist.
Doel van het spel is dat waterschappers dezelfde taal gaan spreken als andere deelnemers aan de omgevingstafels. En dat ze op een slimme en conceptuele manier bijvoorbeeld de uitgangspunten van water en bodem sturend meenemen in ontwerpen voor de ruimtelijke omgeving.
Serious game
Het spel, genaamd de Ja, mits capsule (JMC), kan ze hierbij helpen. In het eerste deel van de JMC worden deelnemers verdeeld over twee teams en twee ruimtes. Elk team heeft dertig minuten de tijd om de sleutel te vinden om uit de ruimte te kunnen ‘ontsnappen.’
Door een escape room setting te gebruiken, inclusief praktijkgerichte verhalen, kaarten en materialen, moedigt de spelleiding de deelnemers aan om op een vrije, exploratieve manier te denken (playing). Het ‘competitie element’ zorgt voor extra spanning en plezier. Van Eijk houdt deze omschrijving bewust cryptisch omdat hij niet te veel wil weggeven voor ze aan het spel beginnen.
Samenwering en communicatie
Veranderingen in de organisatie van de waterschappen zijn nodig om de juiste keuzes te maken bij de inrichting van het land. Communicatie en samenwerking spelen daarom een belangrijke rol in het spel. In het tweede deel van de JMC komen de teams samen. De spelleiding legt ze verschillende casussen voor. De initiatiefnemers doen vervolgens een voorstel aan het waterschap. Het gaat om herkenbare praktijkvoorbeelden.
Positievere benadering
Van Eijk geeft een voorbeeld. “Neem activiteiten op het land die effect hebben op de waterkwaliteit. We gaan het toch vergunnen mits de initiatiefnemer de activiteiten zo gaat ontplooien dat het water niet verder wordt verontreinigd of niet onnodig verharding veroorzaakt. Doel is dat ze aan de zorgplicht voldoen.”
Het draait om het veranderen van een negatieve houding (‘nee, tenzij’) naar een positievere en meer oplossingsgerichte benadering (‘ja, mits’). De deelnemers wijzen een voorstel niet direct af, maar kijken in een dialoog onder welke voorwaarden of met welke aanpassingen het voorstel wel acceptabel zou zijn.
Unie van Waterschappen
Verschillende mensen speelden in september de JMC, waaronder Meindert Smallenbroek, directeur Unie van Waterschappen en Vincent Lokin, penningmeester bij de UVW die de Omgevingswet in zijn portefeuille heeft.
Vallei en Veluwe bracht het spel onder de aandacht bij de voorbereiding van het Springtij Forum 2024. Deelnemers uit politiek, overheid, bedrijfsleven en kennisinstituten gaan deze week op Terschelling op het duurzaamheidsfestival met elkaar in gesprek.
Er zijn 65 sessies over water, mobiliteit, industrie, energietransitie, landbouw, natuur en leiderschap. Ook de waterschappen zijn van de partij. Zij vragen aandacht voor de rol van water in de grote ruimtelijke watertransitieopgaven.
Dilemma’s
Een uitgelezen mogelijkheid voor waterschappen om aan te geven tegen welke dilemma’s ze aanlopen bij de uitwerking van water en bodem sturend, stelt Van Eijk. “Het biedt ons ook de mogelijkheid om aan te tonen dat water geen single issue is, maar in een veel breder perspectief moet worden geplaatst.”
Het gaat volgens hem niet alleen om de waterinclusieve inrichting van het land, maar ook over de manier waarop je dat met elkaar organiseert, samenwerkt en welke vaardigheden hiervoor nodig zijn bij medewerkers van waterschappen en bestuurders.
Daar past een spelvorm als de JMC goed bij, is zijn stellige overtuiging. Hij hoopt dan ook dat andere waterschappen het spel zullen omarmen. “De tijd van achteraf reageren op ruimtelijke plannen is echt voorbij, game over.”