Fochteloërveen
De stortbunker in het centrale deel van het Fochteloërveen, van waaruit het zand en de leem via de elektrisch aangedreven transportband verder vervoerd worden naar de te herstellen kade (foto: Natuurmonumenten/Binne-Louw Katsman).

De tweede fase van het kadeherstelproject in het Friese natuurgebied Fochteloërveen zal zoveel mogelijk emissiearm zijn. Natuurmonumenten heeft met aannemerscombinatie ‘Groene Kade’ een alternatieve manier van zandtransport bedacht om de uitstoot van stikstof en CO₂ te beperken: een elektrische transportband.

Centraal in het project staan het verbeteren van de waterhuishouding en het herstellen van kades in het gebied. De eerste fase van het grootschalig kadeherstelproject startte in het najaar van 2022 en inmiddels is ruim 20 kilometer kade hersteld. Halverwege september 2024 zijn de opbouwwerkzaamheden voor de tweede fase gestart. Voor het herstellen van de volgende 35 km kade is besloten de uitstoot van stikstof en CO₂ tot een minimum terug te brengen.

20.000 Vrachtwagenladingen

In die tweede fase zullen het zand en de leem, in plaats van met vrachtwagens, met een elektrisch aangedreven transportband dwars door het natuurgebied worden vervoerd. Dat is in Nederland bij natuurherstel niet eerder gedaan. De komende jaren gaat over een lengte van ruim twee kilometer een volume van 20.000 vrachtwagenladingen via die transportband. Natuurmonumenten meldt dat lokale ondernemers hiervoor hun machinepark en transportmateriaal speciaal hebben laten aanpassen en bouwen.

Emissiereductie

Het Natura 2000-gebied Fochteloërveen is het leefgebied voor meer dan 300 dier- en plantensoorten die op de rode lijst staan. Het is onmogelijk om op deze grote schaal herstelwerkzaamheden uit te voeren zonder negatieve effecten. Natuurmonumenten probeert de impact daarom zo klein mogelijk te houden en streeft naar een emissiereductie van ten minste 85 procent ten opzichte van de traditionele uitvoeringsmethode.

Stortbunker

De zandwinning voor het project was al emissieloos. En ook het zandtransport vanaf de winningslocatie tot aan het zanddepot gebeurde al via een elektrisch aangedreven pomp en speciaal aangelegde pijpleiding. Nu wordt ook het transport tot ver in het natuurgebied volledig elektrisch. In het centrale deel van het Fochteloërveen komt het zand en leem in een stortbunker, van waaruit het verder vervoerd wordt naar de te herstellen kade. Daarmee worden minimaal 80.000 vrachtwagenkilometers door het natuurgebied bespaard.

Schaftwagen

Bovendien worden voor het ontgraven van grond en veen en het verwerken van zand en leem in de toekomstige kades, elektrische kranen gebruikt. En voor het vervoer van deze grondstoffen vanaf de stortbunker naar de kades worden tractoren op waterstof ingezet. Er is aan de kleinste details gedacht: kraanmachinisten en medewerkers die de machines bedienen, rijden dagelijks met elektrisch vervoer naar de projectlocatie en maken gebruik van een zelfvoorzienende, duurzame schaftwagen.

‘Trots’

“Voor zover ons bekend is een dergelijk project van deze omvang en deze volumes aan grondverzet bij natuurherstel niet eerder op deze wijze en emissiearm uitgevoerd”, stelt Natuurmonumenten. “Daar zijn we als samenwerkingsverband ‘Groene Kade’ erg trots op. Ook voor de aannemers is dit een belangrijke stap naar emissiearm werken. Een uitdaging die, gezien de noodzakelijke energietransitie en stikstofproblematiek, ook voor hun deuren opent naar een emissiearme toekomst.”

Daarna op andere projecten

Samenwerkingsverband ‘Groene Kade’ bestaat uit de bedrijven Avitec, Oenema Groep en Gebroeders Kok, plus opdrachtgever Natuurmonumenten. Naar verwachting is de opbouw in november klaar en zal de transportband, na een testperiode, het zand- en leemtransport de komende jaren voor zijn rekening nemen. Na afloop van het kadeherstel in het Fochteloërveen worden de meeste machines en transportbanden weer op andere projecten ingezet.

Fochteloërveen