Vissen in niet gestuwde delen van de Maas hebben last van de sterk wisselende waterpeilen in de Maas. Zij zoeken naar geschikte plaatsen voor hun eitjes en kiezen op enig moment voor zandbanken in zuurstofrijk water, terwijl een uur later alles wordt weggespoeld door een enorme watergolf. Hetzelfde geldt voor de flora in en rondom de rivier. Volgens Van Winden zou optimaal stuwbeheer kunnen bijdragen aan het behalen van de doelen van Kaderrichtlijn Water.
België en Nederland hebben afgesproken dat de afvoer altijd minimaal 10 m3/ moet zijn, maar de Maasafvoer is door de droogte nu extreem laag. De afvoer van de Grensmaas daalde de afgelopen regelmatig tot op dit afgesproken minimum. Van Winden: “Maar er zijn dan nog steeds pieken tot 50 of zelfs 100 m3/s, mede door de plotselinge afvoerpieken die de bovenstroomse stuw/WKC Lixhe in België doorgeeft.” Dat blijkt uit metingen van ecologisch onderzoeksbureau Maas in Beeld.
Complex
Het bepalen van optimale afvoeren is complex. “In een rivier zijn er meerdere functies die water in beslag nemen. Denk bijvoorbeeld aan vistrappen en waterkrachtcentrales. Vroeger was er een bepaald debiet nodig om zo’n centrale te laten draaien, en zagen we in de afvoer precies terug wanneer de centrale aan- en uitsloeg. Nu is er een traploze turbine, maar de afvoerpieken zijn nog niet verdwenen, ze lijken zelfs verergerd. Hoe je het water gelijkmatiger kunt verdelen door een grotere buffer in te bouwen in de stuwpanden zou je technisch moeten uitwerken”, stelt Van Winden.