Karlsruhe wil rwzi Neureut uitbreiden met een vierde zuiveringstrap en krijgt daarvoor 4,4 miljoen euro subsidie van de deelstaatregering van Baden-Württemberg (foto: Stadt Karlsruhe).

De Duitse deelstaat Baden-Würtemberg trekt 4,4 miljoen euro subsidie uit voor een vierde trap op een rwzi in Karlsruhe, maar Nederland moet dat voorbeeld niet blindelings volgen, vindt beleidsadviseur Michaël Bentvelsen van de Unie van Waterschappen. “We kunnen de technieken voor een vierde trap snel implementeren. Maar het geld kun je maar een keer uitgeven.”

Waar in Nederland een vierde zuiveringstrap voor het verwijderen van microverontreinigingen nog enkel in pilotprojecten bestaat, zijn in de Duitse deelstaat Baden-Würtemberg al dertien rioolwaterzuiveringen met zo’n extra trap uitgerust. En er volgen er meer. De stad Karlsruhe wil haar rwzi in Neureut uitbreiden met een vierde zuiveringstrap (adsorptie met actieve kool) en krijgt daarvoor 4,4 miljoen euro subsidie van de deelstaatregering. Het is de hoogste overheidsinvestering in afvalwaterreiniging die de deelstaat in 2018 doet. De rwzi in Neureut is qua grootte de tweede zuiveringsinstallatie van Baden-Württemberg. De totale investering in de vierde trap bedraagt 22 miljoen euro, dus Karlsruhe moet 80 procent van dat bedrag uit andere bronnen financieren.

Een van de koplopers in Europa
In totaal heeft Baden-Würtemberg 62 miljoen euro uitgetrokken voor investeringen in afvalwaterzuivering. In de deelstaat zijn inmiddels al dertien rwzi’s uitgerust met een vierde zuiveringstrap voor de aanpak van microverontreinigingen, met name medicijnresten. “Baden-Würtemberg en Noordrijn-Westfalen zijn wel de koplopers in Europa als het gaat om de vierde trap”, zegt Michaël Bentvelsen, beleidsadviseur Internationaal bij de Unie van Waterschappen. “En ook Zwitserland timmert op dit terrein behoorlijk aan de weg. Dat heeft ongeveer een derde van zijn rwzi’s met een vierde zuiveringstrap uitgerust.” Overigens loopt Nederland volgens Bentvelsen niet ver achter: “In Europa zijn we een goede derde”.

Eerst witte plekken invullen
Een opmerkelijke uitspraak, aangezien in Nederland de vierde trap momenteel alleen bestaat in de vorm van pilotinstallaties. Toch zijn de Nederlandse waterschappen volgens Bentvelsen zeer serieus bezig met de aanpak van medicijnresten en andere microverontreinigingen. “We moeten niet blind achter Duitsland aanlopen”, vindt hij. “De technieken voor een vierde trap zijn bekend en als we ertoe besluiten, kunnen ze snel worden geïmplementeerd. Maar het kost wel veel geld en dat geld kun je maar een keer uitgeven. We moeten het uiteindelijke doel, een betere waterkwaliteit, voorop blijven stellen en er zijn meerdere wegen die naar dat resultaat leiden.” Voordat de Nederlandse waterschappen definitief kunnen besluiten of een vierde trap de beste oplossing is, moeten volgens Bentvelsen nog vele witte plekken worden ingevuld. “Precies daarom zijn er de pilotprojecten”, stelt hij.

Ketenaanpak lost niet alles op
De focus ligt vooral op de aanpak van medicijnresten. “Inmiddels is wel duidelijk dat je met een ketenaanpak een deel van die stoffen uit de waterkringloop kunt weren, maar die aanpak lost niet alles op. Er zijn dus extra maatregelen nodig, maar je wilt wel zeker weten dat die werken. Uit Stowa-rapporten blijkt bijvoorbeeld dat met name oestrogenen moeilijk verwijderbaar zijn. En laatst was ik op een congres in Leipzig, waar bleek dat niet elke vierde trap even goed zorgt voor een daling van toxiciteit. Specifieke lokale omstandigheden spelen daarin ook een rol. Er zijn kortom nog veel onzekerheden”, aldus de UvW-beleidsadviseur.

Ministerie werkt aan een subsidieregeling
“Momenteel zijn tien à twaalf waterschappen bezig met realisatie van een vierde trap”, vervolgt hij. “Maar de meeste van die projecten zitten nog in de fase van de planuitwerking. Op het ministerie van IenW wordt momenteel een subsidieregeling uitgewerkt, die in oktober of november openbaar zal worden. Dan zal ook bekend worden welke waterschappen daarvan gebruikmaken.” De subsidieregeling is een uitvloeisel van de afspraken in het regeerakkoord tussen VVD, CDA, D66 en CU. Die vier partijen besloten vorig jaar om dertig miljoen euro uit te trekken voor een beleidsprogramma om opkomende stoffen via zuiveringstechnieken op een kosteneffectieve manier terug te dringen. Toch zullen de waterschappen ook met die miljoenen uit Den Haag niet een-op-een de Duitse en Zwitserse voorbeelden volgen, benadrukt Bentvelsen: “In al die projecten zal monitoring een belangrijke factor zijn. Dat is essentieel om uiteindelijk het maximale rendement uit zo’n vierde trap te kunnen halen.”