In een brief aan de Tweede Kamer over de aanpak van medicijnresten in het water, heeft demissionair staatssecretaris Sharon Dijksma aangegeven dat bij alle maatregelen in de medicijnketen, de financiering een onderwerp van discussie is. Vergaande zuivering op de rwzi’s wordt vermoedelijk de grootste kostenpost. Het ministerie gaat daarover in gesprek met de waterschappen.
Dijksma beschrijft in haar brief de voortgang die is geboekt in de Ketenaanpak Medicijnresten uit Water, waaronder gesprekken met de farmaceutische industrie. Deze ketenaanpak heeft als doel het verminderen van de hoeveelheid medicijnresten in water. In 2016 zijn maatregelen voor de ketenaanpak vastgelegd in de Intentieverklaring Delta-aanpak Waterkwaliteit en Zoetwater, die op 16 november 2016 is ondertekend door de minister van Infrastructuur en Milieu, vertegenwoordigers van regionale en lokale overheden, stakeholders vanuit de watersector, uit de agrarische sector, van natuur- en milieuorganisaties, onderzoeksinstituten en tien verschillende organisaties uit de gezondheidszorg.
‘Bronaanpak alleen is niet voldoende’
Volgens de staatssecretaris zijn de maatregelen in 2017 uitgewerkt en wordt gewerkt aan het opstellen van een uitvoeringsagenda. ‘De partners in de medicijnrestenketen hebben veel succesvolle acties uitgevoerd op alle plekken in de keten’, schrijft Dijksma. ‘Acties aan de voorkant van de keten (bronaanpak) lopen of zijn afgerond, succesvolle maatregelen worden voortgezet en nieuwe acties geïnitieerd. Dit draagt bij aan de vermindering van de hoeveelheid medicijnresten die in het water komen, zij het dat dit slechts een deel van de oplossing is. Medicijnen blijven immers nodig en de maatregelen bij de bron zullen het probleem daarom niet volledig oplossen. Voor een effectieve reductie van de emissies zijn maatregelen aan de achterkant van de keten (zuivering) dus ook nodig. Op dit moment worden de maatregelen verder uitgewerkt en wordt gewerkt aan het opstellen van een uitvoeringsprogramma voor de periode hierna.’
30 miljoen euro beschikbaar voor aanvullende zuivering
Bij alle ketenstappen waar maatregelen worden genomen, is financiering volgens staatssecretaris Dijksma een onderwerp van discussie: ‘De vergaande zuivering op de rwzi zal naar verwachting de grootste kostenpost worden. Hierover worden de gesprekken met de waterschappen nu gestart.’ Vanuit het ministerie van IenM is een eenmalig bedrag van 30 miljoen euro beschikbaar (tot 2023) om de introductie van aanvullende zuivering bij de waterschappen te begeleiden. Dit bedrag wordt in overleg met de waterschappen ingezet als onderdeel van de uitvoeringsagenda, maar de overheid is niet van plan om alle kosten voor haar rekening te nemen. Er wordt door het ministerie ook een financiële bijdrage verwacht van de waterschappen en eventueel andere ketenpartijen.
Europese routekaart is pas eerste stap
Dijksma gaat in haar brief ook in op het internationale traject. Zo noemt ze een succesvolle workshop in april van dit jaar, georganiseerd door de Unie van Waterschappen en het ministerie van IenM, waarbij volgens haar veel is geleerd van de ervaringen uit Duitsland en Zwitserland. Bovendien is eind april door de Europese Commissie de ‘roadmap’ voor de EU Strategic approach to pharmaceuticals in the environment gepubliceerd. Deze routekaart ziet de staatssecretaris als een eerste stap in de voorbereiding van EU-voorstellen voor de strategie ter vermindering van medicijnresten in water. De roadmap was volgens Dijksma nog zeer globaal; in het voorjaar van 2018 zou een voorstel moeten volgen.
Vewin: teleurgesteld over gebrek aan progressie
Volgens de staatssecretaris is op de Europese roadmap overwegend positief gereageerd. Maar in de reactie van de Vewin – één van de 26 Europese organisaties die op de routekaart hebben gereageerd – worden toch wel enkele kritische noten gekraakt. De Vewin stelt in haar reactie dat ze teleurgesteld is over het gebrek aan progressie op dit dossier. Ongeacht meerdere aankondigingen van de publicatie van de strategie, is het proces volgens Vewin gekenmerkt door herhaalde vertragingen in de afgelopen jaren. ‘Wij verzoeken de Europese Commissie daarom de nodige stappen te ondernemen om de strategie binnen de kortst mogelijke termijn vast te stellen’, schrijft Vewin. Volgens de vereniging van drinkwaterbedrijven zou de Nederlandse Ketenaanpak Medicijnresten uit Water als een voorbeeld kunnen dienen voor een Europese strategische aanpak. Vewin vindt dat de strategische aanpak moet bestaan uit een aantal concrete maatregelen om de medicijnresten in het milieu en waterbronnen te verminderen: ‘In essentie zou de EU Strategic approach to pharmaceuticals in the environment een aanpak moeten bevatten met acties over de gehele levenscyclus van een farmaceutisch product, zodat milieuschade bij de bron in kaart kan worden gebracht en zoveel mogelijk ook daar kan worden aangepakt.’
Uitvoeringsprogramma wordt verder uitgewerkt
Parallel aan de Europese ontwikkelingen, gaat Nederland de komende jaren verder met de ketenaanpak. De komende tijd wordt een uitvoeringsprogramma uitgewerkt, met de planning voor 2018 en verder. Staatssecreataris Dijksma: ‘Hierin blijft aandacht voor maatregelen op alle plaatsen in de keten. Mijn inzet daarbij is om gezamenlijk op te blijven trekken met alle betrokken partijen en door ‘lerend implementeren’ steeds die stappen te zetten die met de laagste kosten het grootste effect voor ecologie en drinkwaterbereiding hebben.’