Op 12 september heeft Vewin, de branchevereniging van Nederlandse drinkwaterbedrijven, het KWR-rapport ‘De kwaliteit van bronnen van drinkwater in Nederland’ overhandigd aan minister Cora van Nieuwenhuizen. Het rapport stelt dat de kwaliteit van het grondwater en oppervlaktewater dat wordt gebruikt voor het maken van drinkwater onder toenemende druk staat. Vewin roept daarom op tot actie.
Wat Vewin betreft onderstreept het rapport het belang van concrete maatregelen via drie routes: de nieuwe stroomgebiedbeheerplannen voor de Kaderrichtlijn Water (KRW), nieuwe bestuurlijke afspraken over waterkwaliteit en de verlenging van de KRW-plancyclus ná 2027.
Nieuwe planperiode Kaderrichtlijn Water
De doelen van de KRW moeten in 2027 worden gehaald, deze zijn volgens Vewin nog lang niet binnen bereik. De KRW verplicht de lidstaten iedere zes jaar stroomgebiedbeheerplannen (SGBP’s) vast te stellen, waarin resterende opgaven met bijbehorende maatregelen worden geschetst. Eind 2020 moeten de ontwerp-SGBP’s gereed zijn voor de periode tot 2027. Dan wordt ook het Nationaal Waterplan vastgesteld. Dit plan bevat de hoofdlijnen van het nationale waterbeleid en de daartoe behorende aspecten van het nationale ruimtelijke beleid. Aangezien de kwaliteit van de drinkwaterbronnen onder toenemende druk staat, is het volgens Vewin van belang dat de verbetering van de kwaliteit van drinkwaterbronnen prioriteit krijgt in de SGBP’s. Dat formuleert de branchevereniging in het volgende actiepunt: ‘Geef in de komende KRW-planvorming prioriteit aan de verbetering van de kwaliteit van drinkwaterbronnen, inclusief nieuwe bedreigingen en de invloed van klimaatverandering’.
Nieuwe bestuurlijke afspraken over waterkwaliteit
De kwaliteit van drinkwaterbronnen – het grond- en oppervlaktewater – staat onder toenemende druk, zo stelt Vewin. Bestaande en nieuwe bedreigingen zoals mest, bestrijdingsmiddelen, medicijnresten, industriële stoffen, microplastics, bodemverontreiniging en klimaatverandering verhinderen volgens de drinkwaterbedrijven voldoende verbetering of leiden tot verslechtering van de waterkwaliteit en vergen meer inspanningen om schoon drinkwater te kunnen leveren. De minister van IenW heeft in 2018 ‘versnellingstafels’ ingericht om via concrete maatregelen het tempo te verhogen in de verbetering van de waterkwaliteit. Voor Vewin is dit initiatief topprioriteit. De versnellingstafels hebben een looptijd van twee jaar. Daarom wil de branchevereniging uiterlijk eind 2019 weten waar de minister concreet op inzet om daadwerkelijk tot resultaten te komen. Dat verwoordt Vewin in het volgende actiepunt: ‘Zorg voor bestuurlijke afspraken met concrete maatregelen voor verbetering van de waterkwaliteit’.
Verlenging KRW-plancyclus na 2027 is noodzakelijk
De algemene verwachting, niet alleen van Vewin, is dat Nederland de uiterste deadline voor het halen van de KRW-doelen in 2027 niet haalt. Verlenging van de KRW-plancyclus na 2027 is wat Vewin betreft noodzakelijk. “Dit mag echter geen argument zijn om meer uitzonderingsmogelijkheden te gebruiken, de doelen niet tijdig te hoeven halen of de doelen te verlagen”, stelt de vereniging. Het ambitieniveau rond het halen van de KRW-doelen moet wat Vewin betreft vergroot worden en er moeten nieuwe uitdagingen worden opgepakt, zoals opkomende stoffen en klimaatverandering. Als de Europese Commissie besluit dat de KRW moet worden herzien, is het volgens de drinkwaterbedrijven van groot belang dat de bestaande en nieuwe doelen en ambities worden verankerd in de nieuwe KRW. Vewin bepleit voorts artikel 7 te behouden en indien mogelijk te versterken als resultaatsverplichting. Dit artikel regelt de bescherming van drinkwaterbronnen. Daarnaast wil Vewin dat wet- en regelgeving die een relatie heeft met waterkwaliteit, beter wordt afgestemd op de KRW.
(Bron: Vewin)