De landbouw gebruikte in 2018 150 procent meer water dan in 2017. De veehouderij was in 2018 goed voor ruim de helft van het oppervlakte- en grondwater. Hiervan werd 78 procent benut voor de beregening van gras- en maisland en 22 procent voor drinkwater voor het vee. Het oppervlakte- en grondwatergebruik in de veehouderij was in 2018 meer dan verdubbeld ten opzichte van een jaar eerder, meldt het CBS.
Door de droogte en warmte in 2018 steeg het drinkwatergebruik van huishoudens tot 837 miljoen kubieke meter op jaarbasis. Zo viel er 2018 landelijk gemiddeld slechts 675 millimeter neerslag, waarvan 304 millimeter in april tot en met september.Het langjarig gemiddelde is 847 millimeter per jaar, waarvan 438 millimeter in april-september.
Door het neerslagtekort werden akkers en graslanden in 2018 meer geïrrigeerd dan in eerdere jaren. In totaal gebruikte de landbouw 302 miljoen kubieke meter water, ruim 150 procent meer dan een jaar eerder, en ruim 50 procent meer dan in 2003, een vergelijkbaar droog jaar. De akkerbouw gebruikte bijna vier keer zo veel oppervlakte- en grondwater als het jaar daarvoor.
Huishoudelijke apparaten steeds zuiniger
Het drinkwatergebruik omgerekend per hoofd van de bevolking liet in 2018 vergeleken met een jaar eerder een stijging zien van 6,5 procent naar 133 liter per persoon per dag. Van 2003 tot en met 2017 was het huishoudelijk drinkwatergebruik per inwoner met ruim 9 procent gedaald tot 125 liter per persoon per dag. De daling van het watergebruik hangt vooral samen met het zuiniger worden van huishoudelijke apparaten: zo gebruiken wasmachines en vaatwassers steeds minder water, en worden waterbesparende spoelonderbrekers vaker toegepast in wc’s.
Meer zout water onttrokken voor koelwater
De onttrekking van oppervlaktewater voor drinkwatervoorziening, landbouw, energievoorziening en industrie, is vanaf 2003 gedaald met 6,8 procent. Ruim 95 procent van het onttrokken oppervlaktewater wordt gebruikt als koelwater bij de energieproductie in elektriciteitscentrales en grote industriële bedrijven. Dit water wordt na het koelproces direct weer geloosd. De daling komt volledig op conto van zoet oppervlaktewater, waarvan het gebruik met ruim een kwart is afgenomen. Daartegenover wordt steeds meer zout water onttrokken voor koelwater, in 2012-2018 nam het gebruik hiervan toe met 45 procent.