De Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling (LCW) is sinds maandag 25 mei opgeschaald naar niveau 1. Dat is de fase waarin er sprake is van een ‘dreigend watertekort’. Vanaf dat moment wordt overgegaan op landelijke coördinatie en advisering over de verdeling van het beschikbare water. Dat schrijft minister Cora van Nieuwenhuizen woensdag 27 mei in een brief aan de Tweede Kamer.
De landelijke coördinatie vindt plaats samen met de Regionale Droogte Overleggen. Rijkswaterstaat, waterschappen en provincies zijn leidend bij de uitvoering van de maatregelen en laten daarbij de adviezen van de LCW en de regionale droogteoverleggen meewegen. Als de watertekorten verder oplopen, wordt opgeschaald naar niveau 2 waarbij er sprake is van ‘feitelijk watertekort’.
Feitelijk watertekort
In de fase van het feitelijk watertekort komt het Management Team Watertekorten (MTW) bijeen. Opschaling naar niveau 2 kan plaatsvinden wanneer door oplopende droogte en watertekort bijvoorbeeld waterakkoorden, wettelijke besluiten zoals peilbesluiten, niet meer kunnen worden nagekomen. In deze fase gaat ook de verdringingsreeks gelden. Volgens de minister is opschaling naar een feitelijk watertekort voorlopig nog niet aan de orde.
Preventieve maatregelen
Het KNMI verwacht dat het neerslagtekort de komende twee weken verder zal toenemen. Het Water Management Centrum Nederland (WMCN) monitort de situatie en Rijkswaterstaat en de waterschappen nemen waar nodig al maatregelen zoals het preventief opzetten van waterpeilen en het vasthouden van water. Dit gebeurt niet alleen in de regionale watersystemen maar ook in het IJsselmeergebied en de Maas.
Weinig neerslag
Sinds medio maart is het overwegend droog. Een omvangrijk hogedrukgebied zorgt in ons land en in de stroomgebieden van de Maas en de Rijn voor aanhoudend droog weer. We hebben op dit moment te maken met het hoogst gemeten neerslagtekort voor deze tijd van het jaar sinds het begin van de metingen. De gevallen neerslag van het afgelopen weekeinde heeft in Nederland maar beperkt verlichting gebracht.
Wateraanvoer
Ook de wateraanvoeren in de Rijn en Maas zijn aanzienlijk lager dan normaal in deze tijd van het jaar, maar nog voldoende om, in de gebieden waar wateraanvoer mogelijk is, aan de watervraag te voldoen. De huidige Rijnaanvoer (ongeveer 1300 m3/s) ligt onder het criterium van de Landelijke Commissie waterverdeling voor de maand mei (1400 m3/s1) en zal gedurende de zomer nog verder dalen.
Lokale problemen
De minister schrijft dat er nu nog geen beperkingen voor de scheepvaart zijn. Volgens haar is het effect op de verzilting of de waterkwaliteit ook nog beperkt en heeft de droogte vooralsnog geen impact heeft op de drinkwatervoorziening of andere nutsvoorzieningen. De effecten van de droogte zijn het duidelijkst merkbaar in Oost- en Zuid Nederland en dan met name in de landbouw en natuur. Dit komt omdat de grondwaterstanden sinds maart weer flink gedaald zijn en de aanvoer van rivierwater naar deze gebieden niet mogelijk is.