Het oppervlaktewater in de Maas wordt door drie drinkwaterbedrijven ingenomen voor de bereiding van drinkwater. (foto: Michiel Verbeek/Wikimedia Commons).

Waterschap Limburg heeft met het verlenen van een lozingsvergunning aan Sitech Services de belangen van de drinkwatervoorziening voldoende in het oog gehouden. Zo oordeelde de Raad van State woensdag 16 oktober in het hoger beroep dat de drinkwaterbedrijven WML, Dunea en Evides tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank hadden aangespannen. De drinkwaterbedrijven putten overigens wel hoop uit de overwegingen van de Raad van State. Zij verwachten dat in een nieuwe vergunning van Sitech het drinkwaterbelang beter zal zijn gewaarborgd.

De verwijten van de drinkwaterbedrijven aan het adres van het waterschap waren niet mals. Met het verlenen van de vergunning aan Sitech Services zou het waterschap de drinkwatervoorziening van de drinkwaterbedrijven die hun water uit de Maas innemen in gevaar hebben gebracht. Het waterschap zou bij het verlenen van de vergunningsaanvraag hebben verzuimd nader onderzoek te doen naar de stoffen die voorkomen in de afvalwaterstromen van het bedrijf dat het afvalwater verwerkt op het industrieterrein Chemelot.

Nieuwe stoffen

De Raad van State oordeelde echter dat het waterschap in de aanvraag wel over voldoende informatie beschikte. De Raad van State neemt hierbij als uitgangspunt dat de stoffen die in het effluent kunnen voorkomen, voor de lozing bekend moeten zijn. Verder mag van Sitech worden verwacht dat zij zicht heeft op de stoffen die in het bedrijfsafvalwater kunnen voorkomen. De drinkwaterbedrijven verwachten dat deze overweging terug te vinden zal zijn in de nieuwe lozingsvergunning die nu wordt voorbereid. Daarin wordt voor veel meer stoffen geregeld óf en in welke concentraties die geloosd mogen worden.

Onvoldoende inzicht

De drinkwaterbedrijven stelden verder dat er op basis van de vergunningvoorschriften onvoldoende inzicht is in de aard en omvang van alle voor de drinkwatervoorziening van belang zijnde stoffen die door Sitech worden of kunnen worden geloosd. Veel van de voor de drinkwatervoorziening potentieel bedreigende stoffen hoeven, volgens de drinkwaterbedrijven, niet door Sitech te worden bemonsterd, geanalyseerd of onderzocht. Ook is maar een klein deel van deze stoffen in de vergunning genormeerd. De Raad van State stelt hierover dat alleen aangevraagde stoffen onder de vergunning vallen, nieuwe stoffen moeten eerst worden gemeld en beoordeeld.

Controleverplichtingen

De Raad van State stelde dat het redelijk is dat Sitech niet aan dezelfde controleverplichtingen hoeft te voldoen als drinkwaterbedrijven ten behoeve van de productie van drinkwater. Het waterschap moet wel onderzoek doen naar het effluent. Ook dat is van belang voor de nieuwe vergunning, die nu wordt voorbereid: de uitkomsten van die onderzoeken moeten een weerslag krijgen in de vergunningvoorschriften.