Foto: Creative Commons CC0

Unaniem namen de waterschappen op 11 december een definitief voorstel aan voor de aanpassing van hun belastingstelsel. Politieke waterschapspartij Water Natuurlijk ziet het voorstel vooral als een eerste stap: “Want er moet nog meer gebeuren om te zorgen voor een betere en eerlijkere manier om de kosten te verdelen voor veilig, schoon en voldoende water.”

Minister nu aan zet
Het voorstel dat tijdens de ledenvergadering van de Unie van Waterschappen werd vastgesteld, is inmiddels aangeboden aan minister Van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat. De waterschappen vragen haar om een ‘voortvarend wetgevingstraject’ en om vervolgstappen om de bekostiging van het waterbeheer toekomstbestendiger te maken. Rogier van der Sande, voorzitter van de Unie van Waterschappen: “Dat waterschappen eigen belasting heffen om hun taken uit te kunnen voeren, is de beste garantie voor waterveiligheid en voldoende en schoon zoet oppervlaktewater in ons land. Een belastingstelsel waarmee alle waterschappen uit de voeten kunnen is dan ook essentieel. Het voorstel van de waterschappen lost een aantal urgente knelpunten op. Wij vragen minister Cora van Nieuwenhuizen om het wetgevingsproces dat nodig is om het voorstel te kunnen implementeren voortvarend ter hand te nemen. Dat zorgt ervoor dat de waterschappen zo snel mogelijk weer beschikken over een belastingstelsel met draagvlak voor de heffingswijze en goed uitlegbare tarieven.”

Watersysteemheffing
Begin 2020 zijn de waterschappen een gezamenlijk traject gestart om de knelpunten in het huidige belastingstelsel op te lossen. Een stuurgroep onder leiding van voormalig staatssecretaris Menno Snel, bestaande uit bestuurders van alle 21 waterschappen, heeft daarbij het voortouw genomen. Een van de knelpunten die de stuurgroep wist op te lossen, betreft de watersysteemheffing. Daaruit worden de kosten betaald voor waterveiligheid, voldoende en schoon oppervlaktewater. Volgens de huidige systematiek moeten de waterschappen de kosten voor een belangrijk deel verdelen op basis van de waarde van gebouwen, grond en natuurterreinen. Het belangrijkste knelpunt van deze heffing is de onredelijke invloed die de hoge waarde van wegen en spoorwegen op de tarieven van de eigenaren van onbebouwde grond heeft. Hierdoor stijgen de kosten voor deze groep zonder dat er extra voorzieningen tegenover staan. Het voorstel van de waterschappen gaat uit van een model waarin de kosten op basis van gebiedskenmerken worden verdeeld. Het model geeft de algemeen besturen daarbij meer mogelijkheden dan nu om bij het verdelen van de kosten rekening te houden met specifieke omstandigheden in het gebied en met de taakuitoefening. Toepassing zou moeten leiden tot een gelijkmatigere ontwikkeling van de tarieven voor alle betalende categorieën.

Tariefdifferentiatie mogelijk gemaakt
De waterschappen introduceren met dit voorstel bovendien de mogelijkheid om te differentiëren in de tarieven voor de watersysteemheffing in de categorie gebouwd. Die kent op dit moment één tarief voor eigenaren van woningen en eigenaren van niet-woningen. De WOZ-waarden van woningen is echter de afgelopen jaren veel harder gestegen dan de WOZ-waarden van niet-woningen. Met de mogelijkheid van tariefdifferentiatie kunnen de waterschappen binnen de categorie gebouwd tot een gelijkmatige lastenontwikkeling komen. Het is wel de bedoeling dat deze tariefdifferentiatie enkel voor deze toepassing wordt gebruikt.

‘Er moet nog méér gebeuren’
“Wij vinden het positief dat het voorstel waterschapsbesturen de mogelijkheid geeft om de inwoners een rechtvaardiger tarief in rekening te brengen”, zegt Jan Nieuwenhuis, voorzitter van de Werkgroep Aanpassing Belastingstelsel Waterschappen van waterschapspartij Water Natuurlijk. “Toch moet er nog méér gebeuren om te zorgen voor een betere en eerlijker manier om de kosten voor veilig, schoon en voldoende water te verdelen. Wij zien het voorstel daarom vooral als een eerste stap.”

Uitgekleed eisenpakket
Nieuwenhuis vervolgt: “In december 2019 bleek er na jaren praten toch geen draagvlak voor een uitgebreid voorstel over hoe precies de kosten voor rioolwaterzuivering, veilige dijken en voldoende en schoon oppervlaktewater moeten worden betaald door de drie groepen belastingplichtigen: boeren, bedrijven en inwoners. Daarom is met een uitgekleed eisenpakket een alternatief uitgewerkt dat alleen de belangrijkste knelpunten oplost. Dat is nu dus gelukt en de fracties van Water Natuurlijk in de 21 waterschapsbesturen hebben allemaal hun steun uitgesproken voor het pakket: niet omdat dit hét model voor de toekomst is, maar omdat het voor nu een goede eerste stap is om de meest urgente problemen op te lossen.”

Vereniging Eigen Huis is ‘zeer verheugd’
Voorwaarde voor Water Natuurlijk was wel dat waterschapsbesturen de mogelijkheid zouden krijgen om onderscheid te kunnen maken tussen woningen en niet-woningen bij het bepalen van de bijdrage van inwoners en bedrijven. Die optie maakt nu onderdeel uit van het pakket aan voorstellen. Ook tot het genoegen van de Vereniging Eigen Huis. In een reactie op het voorstel laat deze vereniging van huiseigenaren weten ‘zeer verheugd te zijn’ en roept ze de minister op om de wetgeving zo snel mogelijk aan te passen. Nico Stolwijk, belangenbehartiger bij de vereniging: “Er was heel wat overtuigingskracht voor nodig om de waterschappen te overtuigen. Wij hebben herhaaldelijk gepleit voor een eerlijker belastingstelsel met verschillende tarieven voor woningen en bedrijfspanden. Daarom is het belangrijk dat in de wet wordt afgedwongen dat dit onderscheid geen vrijblijvende bepaling wordt. Alleen zo komt er een eind aan een steeds verdere lastenstijging voor huishoudens.”

Integrale herziening
De uitgeklede aanpak leidt volgens Water Natuurlijk weliswaar tot het oplossen van knelpunten bij enkele waterschappen, maar nog niet tot een beter en eerlijker belastingsysteem. De OESO heeft daar al in 2014 aanbevelingen voor gedaan en Water Natuurlijk vindt dat de wetgever die in een integrale herziening van het waterschapsbelastingstelsel moet toepassen. Het gaat onder meer om het principe ‘de vervuiler betaalt’ en de mogelijkheid om goed gedrag te belonen. Nieuwenhuis: “Zo betaalt een tweepersoonshuishouden nu voor drie vervuilingseenheden mee aan de rioolwaterzuivering, maar een huishouden van zes betaalt hetzelfde. Dat vinden we niet alleen niet eerlijk, maar ook geen stimulans om minder van ons kostbare water door de wc te spoelen.”

‘Sneller en flexibeler’
Water Natuurlijk staat daarin niet alleen. Unievoorzitter Rogier van der Sande: “Met het voorstel dat de waterschappen nu doen wordt een eerste, noodzakelijke stap gezet. Maar er is meer nodig. De snelle veranderingen die zich in het takenpakket en de omgeving van de waterschappen voordoen vragen om een flexibeler belastingstelsel. In het licht van de opgaven waarvoor het waterbeheer momenteel staat is het daarnaast nodig om breder te kijken dan alleen het belastingstelsel van de waterschappen. Wij vragen de minister om samen met ons een traject vorm te geven waarin we gezamenlijk de volgende stappen kunnen zetten in het nog toekomstbestendiger maken van de bekostiging van het Nederlandse waterbeheer.”

Vervolgtraject
In de brief aan de minister worden door de Unie van Waterschappen enkele onderwerpen genoemd die volgens de waterschappen in ieder geval een plek in het vervolgtraject zouden moeten krijgen:
• mogelijkheden om goed gedrag te kunnen belonen, eventueel ook buiten de fiscaliteit om;
• betere toepassing van het beginsel ‘de vervuiler betaalt’, bijvoorbeeld door het belasten van diffuse verontreinigingen (medicijnresten, microplastics, landbouw), stikstof, fosfaat, riooloverstorten en effluentlozingen;
• betere toepassing van het beginsel ‘de kostenveroorzaker betaalt’;
• meer mogelijkheden om waardevol afvalwater te valoriseren, desnoods buiten de fiscaliteit om;
• het woonruimteforfait in de zuiverings- en de verontreinigingsheffing (systematiek van 1 en 3 v.e.);
• watersysteemheffing: de positie van natuur, zowel als betalende categorie als qua omvang van de betaling, onderscheid tussen betalen voor waterveiligheid en betalen voor waterbeheer, samengestelde aanslag bij combinatie landbouw-natuurbeheer, deels gebaseerd op het tarief ongebouwd en deels op het tarief natuur.

Natuur vrijgesteld
Als het aan Water Natuurlijk ligt, wordt de belastingcategorie natuur vrijgesteld. Daarin wordt ze gesteund door de andere specifieke waterschapspartij, de AWP. De partijen stellen dat natuur een collectief goed is dat voor iedereen van essentieel belang is. Nieuwenhuis: “Bij de volgende stap mag ook niet, zoals nu is gebeurd, op voorhand worden bepaald dat de lasten per categorie niet of nauwelijks mogen veranderen: zo’n voorwaarde maakt immers een eerlijker systeem op voorhand onmogelijk.